Tuberculose (TBC) is een besmettelijke infectieziekte die wordt veroorzaakt door de bacterie Mycobacterium tuberculosis. Tuberculose geeft meestal infecties in de longen. In Nederland komt tuberculose niet veel meer voor maar wereldwijd is het een infectieziekte die nog altijd heel veel slachtoffers maakt.
Waar komt het voor?
Tuberculose komt overal ter wereld voor, maar met name in sub-Sahara Afrika, India en Zuid-Oost Azië zijn er veel mensen met tuberculose.
Hoe loop je het op?
Tuberculose verspreid zich van mens op mens. Dit gaat via druppels die in de lucht terechtkomen wanneer iemand met de besmettelijke vorm van longtuberculose, ook wel open tuberculose genoemd, niest of hoest. Iemand anders kan deze druppels met tuberculosebacteriën inademen.
Lang niet iedereen die de bacterie inademt wordt ook daadwerkelijk ziek. Bij de meeste mensen blijft een klein aantal bacteriën in het lichaam aanwezig zonder klachten te geven. Dit noemen we latente tuberculose. Ongeveer 10% van de mensen wordt wel ziek en krijgt actieve tuberculose. Dit gebeurt meestal binnen 2 jaar na besmetting.
Wat geeft het voor klachten?
Tuberculose geeft meestal een infectie in de longen. De meest voorkomende klachten bij longtuberculose zijn aanhoudend hoesten met soms ook het ophoesten van bloed, koorts, vermoeidheid, vermagering en nachtzweten. Soms komt tuberculose alleen in de lymfeklieren voor. Ook andere organen waaronder de hersenen kunnen aangedaan zijn, maar dit is veel zeldzamer.
Tuberculose is behandelbaar, maar de behandeling is langdurig, moet met meerdere middelen tegelijk en gaat vaak gepaard met bijwerkingen. Wanneer er alleen nog latente tuberculose is is de behandeling korter en minder uitgebreid.
Hoe kun je het voorkomen?
Je kunt de kans op tuberculose verkleinen door uit de buurt te blijven van hoestende mensen. Verder zijn kleine afgesloten ruimtes met veel mensen, zoals bijvoorbeeld een bus, een risico.
Er bestaat een vaccin tegen tuberculose, het BCG-vaccin. Dit vaccin is vooral effectief als het wordt gegeven aan jonge kinderen. Op volwassen leeftijd is het effect van het vaccin minder goed. Reizigers hebben meestal geen BCG vaccinatie nodig. Reizigers met een hoog risico op het krijgen van TBC worden verwezen naar de afdeling tuberculosebestrijding van de GGD. Afhankelijk van factoren als de duur van de reis, de precieze bestemming en activiteiten kan de GGD een BCG-vaccinatie of controle op TBC na de reis adviseren.
Vaccinatie: BCG-vaccin. Eenmalige toediening, via GGD